Opgeslagen documenten afdrukken
Drukt opgeslagen documenten af.
Met Web Image Monitor kunt u vanaf uw computer documenten afdrukken die zijn opgeslagen in de Document Server.
Selecteer het document dat moet worden afgedrukt.
Wanneer een wachtwoord is ingesteld, voert u dit in en drukt u vervolgens op [OK].
Wanneer u twee documenten of meer tegelijkertijd wilt afdrukken, herhaalt u stap 1.
U kunt maximaal 30 documenten afdrukken.
Wanneer u de afdrukvoorwaarden opgeeft, drukt u op [Naar afdr scherm].
Het scherm voor de afdrukvoorwaarden verschijnt. De gebruikersnaam van het document, de documentnaam en de volgorde van afdrukken van dit document zal worden weergegeven.
Voer het aantal afdrukken in met de cijfertoetsen.
Het maximale aantal kopieën dat kan worden ingesteld is 999.
Druk op de [Start]-knop.
Er wordt begonnen met afdrukken.
U kunt met [Gebruikersnaam] of [Bestandsnaam] aan de linkerzijde van het scherm zoeken naar het betreffende document. Zie "Opgeslagen documenten zoeken" voor meer informatie over het zoeken naar een document.
U kunt de documenten sorteren op gebruikersnaam, bestandsnaam of aanmaakdatum. Druk op het item boven aan de lijst dat gebruikt moet worden voor het sorteren.
U kunt de selectie annuleren door op de geselecteerde (gemarkeerde) toets te drukken.
Een aantal van de geselecteerde documenten wordt mogelijk niet afgedrukt vanwege verschil in formaat of resolutie.
Wanneer u de volgorde van afdrukken wijzigt, annuleer dan de markering en geef de opdracht op op correcte wijze.
Door op de toets [Instellingen verwijderen] te drukken worden alle keuzes geannuleerd.
Door te drukken op [Volg.] worden alle geselecteerde documenten in de volgorde van afdrukken weergegeven.
De kopieer- en afdrukfuncties bewaren de opgegeven afdrukvoorwaarden nadat het afdrukken is beëindigd en zullen die de volgende keer weer gebruiken. De faxfunctie kan de afdrukvoorwaarden niet opslaan.
Wanneer er twee of meer documenten zijn opgegeven, worden de afdrukvoorwaarden opgeslagen bij het eerste document, maar niet bij de daaropvolgende documenten.
De volgende instellingen zijn beschikbaar als afdrukvoorwaarden. Zie voor de bijbehorende afdrukresultaten "Basisfuncties kopiëren" en "Geavanceerde kopieerfuncties".
Papierlade
Het aantal afdrukken
2-zijdige kopie (Boven/boven, Boven/onder), Boekje, Tijdschrift
Afwerken (Sorteren / Stapelen / Nieten)
Kaft/Tussenblad (Voorblad, Voor-/Achterblad, Tussv./hfdstk, Tussenblad)
Bew./Stempel (Marge aanp., Stempel)
Indien u twee of meer pagina's afdrukt nadat u de functie Sorteren hebt geselecteerd, kunt u de afwerking bevestigen door slechts één kopie af te drukken. Zie “Testafdruk” voor meer informatie over de testafdrukfunctie.
Wanneer u twee of meer documenten tegelijkertijd afdrukt, kunt u ze als één enkel doorlopend document afdrukken door de volgorde van afdrukken ervan op te geven.
Wanneer u twee of meer documenten tegelijkertijd afdrukt, worden de afdrukvoorwaarden ingesteld voor het eerste document toegepast op alle overige documenten
Wanneer twee of meer documenten zijn geselecteerd, drukt u op [
] [
] om de gebruikersnaam, documentnaam en afdrukvolgorde van het document te bevestigen.Door te drukken op [Bestandslijst] komt u terug in het documentselectiescherm.
De Stempel-functie kan niet worden opgegeven voor documenten die worden opgeslagen via de faxfunctie.
U kunt de maximale afdrukhoeveelheid wijzigen onder Max. aantal kopieën in Gebruikersinstellingen. Zie voor meer informatie over Max. aantal kopieën “Algemene eigenschappen”.
Met Web Image Monitor kunt u vanaf uw computer een document afdrukken dat is opgeslagen in de Document Server. Om de procedure te starten met Web Image Monitor, zie "Weergeven van een opgeslagen document met Web Image Monitor".
