Koptekst overslaan
InhoudVorigeVolgendeHelp

De verzendinstellingen configureren

In dit onderdeel wordt beschreven hoe u de verzendinstellingen kunt configureren in de eigenschappen van het LAN-faxstuurprogramma.

Eigenschappen moeten voor elke toepassing apart worden ingesteld.

  1. Klik in het menu [Bestand] op [Afdrukken...].

  2. Selecteer het LAN-faxstuurprogramma als de printer en klik dan op een knop als [Geavanceerde opties] of [Eigenschappen] om de eigenschappen van het printerstuurprogramma te openen.

    Het dialoogvenster met eigenschappen van het LAN-faxstuurprogramma wordt weergegeven.

  3. Klik op het tabblad [Setup].

  4. Configureer de instellingen indien nodig en klik op [OK].

Opmerking

Verwante onderwerpen

Instellingen die u kunt configureren in de eigenschappen van het LAN-faxstuurprogramma