Koptekst overslaan
Help
 

Parallele kabel aansluiten

Het type interfacekabel dat u moet gebruiken, is afhankelijk van de computer die u gebruikt. Zorg dat u de passende interfacekabel gebruikt voor uw computer.

VOORZICHTIG


  • Voor gebruikers buiten de Verenigde Staten van Amerika: goed afgeschermde en geaarde kabels en connectoren moeten voor aansluitingen met een host-computer (en/of randapparatuur) worden gebruikt om in overeenstemming te zijn met de stralingslimieten.


  • Voor gebruikers in de Verenigde Staten van Amerika: goed afgeschermde en geaarde kabels en connectoren moeten voor aansluitingen met een host-computer (en/of randapparatuur) worden gebruikt om in overeenstemming te zijn met de FCC-stralingslimieten.

Belangrijk

  • De parallelle verbinding van de printer is een standaard bi-directionele interface waarvoor een IEEE 1284-compatibele 36-pins parallelle kabel en een parallelle poort op de hostcomputer zijn vereist.

  • Gebruik een geïsoleerde interfacekabel. Niet-geïsoleerde kabels veroorzaken elektromagnetische interferentie.

1Zet de printer en de computer uit.

2Sluit de interfacekabel aan op de IEEE 1284-interfacekaart.

Illustratie achterzijde van de printer

3Bevestig het andere uiteinde van de parallelle kabel stevig in de parallelle poort van de computer.

De printer is nu aangesloten op de computer. Installeer het printerstuurprogramma. Zie de 'Installatiehandleiding stuurprogramma' voor meer informatie.

Opmerking