![]() ![]() | ![]() | ||
![]()
Voordat u deze procedure uitvoert, raadpleegt u Voorbereiding voor het verzenden van bestanden naar scan-to-folder en bevestigt u de gegevens van de bestemmingscomputer. Lees ook de Handleiding Netwerk- en systeeminstellingen en registreer het adres van de bestemmingscomputer in het adresboek.
Zorg ervoor dat alle oude instellingen verwijderd zijn.
Druk op de knop [Instellingen verwijderen] als een vorige instelling blijft staan.
Druk op [Map] zodra het e-mailscherm wordt weergegeven.

Plaats de originelen.
Druk indien nodig op [Scaninstellingen] om scannerinstellingen, zoals resolutie en scangrootte, op te geven.
Raadpleeg voor meer informatie Verschillende scannerinstellingen.

Geef indien noodzakelijk de scanbelichting op.
Raadpleeg voor meer informatie Belichting aanpassen.
Druk indien nodig op [Origin. invoertype] om instellingen zoals origineelrichting op te geven.
Raadpleeg voor meer informatie Instelling voor Originele invoertype.
Druk indien nodig op [Verzend Bestandstype/naam] om instellingen, zoals bestandsformaat en -naam, op te geven.
Raadpleeg voor meer informatie Het bestandstype en de bestandsnaam opgeven.
Geef de bestemming op.
U kunt meerdere bestemmingen opgeven.
Raadpleeg voor meer informatie Scan-to-folder-bestemmingen opgeven.
Druk op de [Start]-knop.
![]()
U kunt niet tussen de schermen schakelen wanneer bestemmingen opgegeven worden. Geef de bestemming weer in het bestemmingsveld en druk op de knop [Wissen].
Druk op[
] of [
] naast het bestemmingsveld om door de bestemmingen te scrollen als u meer dan een bestemming heeft geselecteerd.
Om een geselecteerde bestemming te annuleren, druk op [
] of [
] om de bestemming in het bestemmingsveld weer te geven en druk dan op de knop [Wissen]. Om een geselecteerde bestemming uit het bestemmingsveld te wissen, drukt u nogmaals op de geselecteerde bestemming.
Als u op [Modi controleren] drukt voordat u op [Start] drukt, schakelt het eerste scannerscherm naar het scherm Modi controleren. U kunt het scherm Modi controleren gebruiken om instellingen als bestemmingen te controleren. Raadpleeg voor meer informatie Modi controleren.
Als u op [Voorvertoning] drukt en vervolgens begint met scannen terwijl [Voorvertoning] is gemarkeerd, verschijnt het scherm voorvertoning. U kunt dit scherm gebruiken om de gescande originelen en de gebruikte scaninstellingen te controleren. Nadat u de voorvertoning heeft gecontroleerd, kunt u opgeven of u het bestand wel of niet wilt verzenden. Raadpleeg voor meer informatie Voorvertoning.
U kunt ook een bestand opslaan en dit tegelijkertijd verzenden via scan-to-folder. Raadpleeg voor meer informatie Gelijktijdig opslaan en verzenden via scan-to-folder.
Nadat de scanbestanden zijn verzonden, worden bestemmings- en bestandsnaamvelden automatisch gewist. Neem contact op met de dichtstbijzijnde dealer als u de informatie in deze velden wilt bewaren.