Kopiëren op enveloppen vanuit de grote bulklade
Geef bij het kopiëren op enveloppen het type en het formaat van het papier op onder Instell. papierlade.
Als u enveloppen in de grote LCT wilt plaatsen, doe dit dan met de zijde waarop u wilt kopiëren naar boven. Zorg ervoor dat de flappen zijn uitgevouwen en dat ze tegengesteld zijn geplaatst t.o.v. de papierinvoerrichting.
Voordat u gebruik kunt maken van deze functie moet u het formaat van de envelop specificeren in Instell. papierlade. Voor meer informatie raadpleegt u de Handleiding Papierinstellingen.
Selecteer de grote LCT.
Plaats de originelen en druk vervolgens op de [Start]-knop.
Als u het origineel op de glasplaat plaatst, plaatst u het origineel met de onderkant op een lijn met de linkerschaal.
Als u het origineel in de ADF plaatst, plaatst u dit met de onderkant ingevoerd in de ADF.
Als u het horizontale formaat invoert voor enveloppen, moet dit inclusief de uitgevouwen flap zijn.
Verticaal formaat
Horizontaal formaat
Als de horizontale afmeting van de enveloppen 297 mm (11,7 inch) is of kleiner, kan het papier verkeerd worden ingevoerd. Als dit gebeurt, schakel dan de Schuintedetectie uit. Voor meer informatie raadpleegt u de Handleiding Netwerk- en Systeeminstellingen.
Om een betere afdrukkwaliteit te krijgen, raden wij u aan de rechter, linker, bovenste en onderste afdrukmarge ieder in te stellen op tenminste 15 mm (0,6 inch).
U kunt geen enveloppen afdrukken met de Duplexfunctie.
Plaats alleen enveloppen van hetzelfde formaat en soort.
Voordat u enveloppen plaatst, moet u de voorste rand (de zijde die het apparaat ingaan) platstrijken door er met een potlood of liniaal op de drukken.
Controleer, voordat u enveloppen plaatst, of ze rechthoekig van vorm zijn.
Voor informatie over ondersteunde enveloptypes, zie de handleiding Over dit apparaat.
Voordat enveloppen worden geplaatst, moet u ze op een vlakke tafel of een vlak bureau leggen en ze goed platstrijken om de overtollige lucht eruit te persen en om ze platter te maken. Let er bij het plaatsen van enveloppen op dat ze de limietmarkering niet overschrijden.
Plaats één envelop per keer in de grote LCT als u nog steeds één van de volgende resultaten krijgt:
De envelop loopt vast
De envelop wordt niet ingevoerd
Er worden meerdere enveloppen tegelijk ingevoerd
