![]() ![]() | ![]() | ||
Met spoolafdrukken kunt u afdruktaken die worden overgedragen vanaf een computer, tijdelijk opslaan om ze af te drukken wanneer ze zijn overgedragen. Dit verkort de afdruktijd doordat u de efficiëntie van de printer maximaliseert.
![]()
Tijdens spoolafdrukken wordt de harde schijf gebruikt en het Data In-lampje knippert. Het uitschakelen van de computer of het apparaat tijdens spoolafdrukken kan de harde schijf beschadigen. Ook worden gespoolde taken verwijderd als de computer of het apparaat uitgezet wordt tijdens spoolafdrukken. Schakel daarom niet de stroom van de computer of het apparaat uit tijdens spoolafdrukken.
Als er gegevens naar het apparaat gestuurd worden met gebruik van andere protocollen dan "diprint", "lpr", "ipp", "ftp", "sftp", "smb" en "wsd (printer)", kan spoolafdrukken niet uitgevoerd worden.
Spoolafdrukken instellen
Spoolafdrukken kan door middel van telnet of met de Web Image Monitor worden ingesteld.
Web Image Monitor gebruiken
Raadpleeg de Handleiding Netwerk- en Systeeminstellingen of de Help voor meer informatie.
Telnet gebruiken
Type in 'spoolsw spool on' om spoolafdrukken in te stellen.
Raadpleeg de Handleiding Netwerk- en Systeeminstellingen voor meer informatie over telnet.
Gespoolde taken bekijken/verwijderen in Web Image Monitor
Start Web Image Monitor en geef het IP-adres van het apparaat op in de adresbalk. Zo krijgt u de bovenste pagina te zien.
Zie de Handleiding Netwerk- en Systeeminstellingen voor meer informatie.
![]()
Er kunnen maximaal 150 taken tegelijk door spoolafdrukken worden verwerkt.
Het afdrukken van de eerste pagina via spoolafdrukken duurt langer.
Wanneer grote hoeveelheden gegevens worden gespoold, heeft de computer minder tijd nodig om afdrukken te verwerken.
Opgeslagen spooltaken kunnen worden weergegeven of worden verwijderd met Web Image Monitor.