Koptekst overslaan
HandleidingenInhoudVorigeVolgendeHelp

In alle overige gevallen

Voeg het IP-adres en de hostnaam van de netwerkprinter toe aan het bestand met hostnamen op de computer die u voor het afdrukken gebruikt. De methode voor het toevoegen is afhankelijk van het besturingssysteem.

  1. Open bijvoorbeeld het bestand met hostnamen in een tekstverwerkingsprogramma.

    Op computers met Windows 2000, bevinden de hostbestanden zich in de volgende map:

    \WINNT\SYSTEM32\DRIVERS\ETC\HOSTS

    Op computers met Windows XP/Vista/7 en Windows Server 2003/2003 R2/2008/2008 R2, bevindt het hostbestand zich in de volgende map:

    \WINDOWS\SYSTEM32\DRIVERS\ETC\HOSTS

  2. Voeg een IPv4- of IPv6-adres en een hostnaam toe aan het bestand met hostnamen, in de volgende indeling:

    192.168.15.16 host # NP

    "192.168.15.16" is het IPv4-adres, "host" is de hostnaam van de printer en "#NP" wordt vervangen door opmerkingen. Voeg een spatie of tab toe tussen respectievelijk "192.168.15.16" en "host" en tussen "host" en "#NP", waarbij u één regel gebruikt voor dit formaat.

    2001:DB::100 host # NP

    "2001:DB::100" is het IPv6-adres, "host" is de hostnaam van de printer en "#NP" wordt vervangen door opmerkingen. Voeg een spatie of tab toe tussen respectievelijk "2001:DB::100" en "host" en tussen "host" en "#NP", waarbij u één regel gebruikt voor dit formaat.

  3. Sla het bestand op.

Opmerking