Koptekst overslaanPro C901
HandleidingenInhoudVorigeVolgendeHelp

Bedieningspaneel

In dit onderdeel worden de namen en functies geïntroduceerd van de onderdelen op het bedieningspaneel.

Belangrijk

Genummerde afbeelding van het bedieningspaneel

  1. Display

    Hierop worden de functiemenu's, foutmeldingen en de bedieningsstatus van het apparaat weergegeven.

  2. Cijfertoetsen

    Gebruik deze knoppen om cijfers mee in te voeren.

  3. [Instellingen verwijderen]-knop

    Druk op deze knop om de huidige instellingen te verwijderen.

  4. Indicatielampje Hoofdstroom

    Het indicatielampje Hoofdstroom gaat branden wanneer u de hoofdstroomschakelaar inschakelt.

  5. Aan/uit-schakelaar

    Druk op deze schakelaar om het apparaat aan te zetten (het lampje van de bedieningsschakelaar gaat aan). Druk nog een keer op deze schakelaar om het apparaat uit te zetten (het lampje van de bedieningsschakelaar gaat uit).

    Zie "Het apparaat in-/uitschakelen".

  6. [Energiespaarstand]-knop

    Druk op deze knop om het apparaat in de energiespaarstand te zetten of er weer uit te halen.

    Zie "Energie besparen".

  7. [Inloggen/Uitloggen]-knop

    Druk hierop om in- of uit te loggen op het systeem.

  8. [Scherp]-knop (Enter)

    Druk op deze knop om de waardes te bevestigen die zijn ingevoerd of items die zijn opgegeven.

  9. [Gebruikersinstellingen]-knop

    Druk hierop om de standaardinstellingen en voorwaarden aan te passen aan uw eisen.

    Zie de Bedieningshandleiding Standaardinstellingen.

  10. [Papierinstelling]-knop

    Specificeer de instellingen voor de papierlade.

  11. [Teller]-knop

    Druk op deze knop om de tellerwaarde te bekijken of af te drukken.

    Zie de Bedieningshandleiding Standaardinstellingen voor meer informatie over tellers.

  12. [Taal]-knop

    Druk hierop om de taal van het scherm te wijzigen.

  13. [Start]-knop

    Druk op deze toets om te beginnen met afdrukken.

  14. [Wissen]-knop

    Druk op deze knop om een ingevoerd cijfer te wissen.

  15. [Printer]-knop

    Druk op deze knop om het scherm weer te geven van de printerfunctie.

    Wanneer u deze functie kiest, gaat het lampje links van de knop branden.

    Als zich een fout voordoet, gaat het lampje rechts van de functieknop branden. Druk op de functieknop om het scherm te wijzigen en volg daarna de getoonde aanwijzingen.

  16. Waarschuwingsindicatielampje

    Brandt ononderbroken wanneer er een storing is opgetreden.

  17. Inkomende gegevens-indicatielampje (printermodus)

    Brandt als het apparaat data ontvangt.

  18. Schermcontrast schuiftoets

    Dit regelt de helderheid van het display.

Verwijzing

Verwante onderwerpen

De hoek van het bedieningspaneel aanpassen