Koptekst overslaanimage
InhoudVorigeVolgendeHelp

Faxbestemmingen registreren vanaf het bedieningspaneel

In dit gedeelte wordt beschreven hoe u bestemmingen kunt registreren vanaf het bedieningspaneel.

  1. Druk op de toets [Gebruikersinstellingen].

    image

  2. Druk op [Pijl-omhoog][Pijl-omlaag] om [Faxdirectory] te selecteren en druk vervolgens op [OK].

  3. Voer zo nodig een wachtwoord in met de cijfertoetsen en druk op [OK].

  4. Druk op [Pijl-omhoog][Pijl-omlaag] om [Invoer snelkiezen] of [Invoer verkort kiezen] te selecteren en druk op [OK].

  5. Druk op [Pijl-omhoog][Pijl-omlaag] om het gewenste snelkiesnummer (01 tot en met 20) of nummer voor verkort kiezen (01 tot en met 50) te selecteren en klik op [OK].

  6. Druk op [Pijl-omhoog][Pijl-omlaag] om [Invoer faxnr.] te selecteren en druk op [OK].

  7. Geef het faxnummer (maximaal 40 tekens) op en druk op [OK].

  8. Druk op [Pijl-omhoog][Pijl-omlaag] om [Invoer faxnaam] te selecteren en druk vervolgens op [OK].

  9. Geef de naam (maximaal 20 tekens) op en druk op [OK].

  10. Bevestig de instelling en druk op [OK].

  11. Druk op [Wissen/Stop] om terug te keren naar het beginscherm.

    Opmerking

    • U kunt op [image] drukken om naar het vorige niveau van de menustructuur te gaan.

    • Een faxnummer kan 0 tot en met 9, een pauze, Sterretje", "Scherp", en een spatie bevatten.

    • Voeg zo nodig een pauze in in het faxnummer. Het apparaat last een korte pauze in voordat de cijfers na de pauze worden gekozen. U kunt de lengte van de pauze opgeven bij de instelling [Tijd pauzetoets] onder de verzendinstellingen voor het faxen.

    • Als u toonservices op een pulslijn wilt gebruiken, voegt u een "Sterretje" toe aan het faxnummer. Met een "Sterretje" schakelt de kiesmodus tijdelijk over van puls naar toon.

    • U kunt een wachtwoord voor toegang tot het menu [Faxdirectory] opgeven in [Beheerdersmenu vergrendelen].

    Verwijzing

Verwante onderwerpen

Faxbestemmingen wijzigen
Faxbestemmingen verwijderen