Koptekst overslaan
 

ftp

Gebruik de opdracht “put” of “mput” afhankelijk van het aantal bestanden dat u wilt afdrukken.

Een enkel bestand afdrukken

ftp> put \pad\best.naam [optie]

Meerdere bestanden afdrukken

ftp> mput \pad\best.naam [\pad\bestandsnaam...] [optie]

1Gebruik het IP-adres of de hostnaam van de printer als onderwerp en gebruik de opdracht “ftp”.

% ftp IP-adres van printer

2Geef de gebruikersnaam en het wachtwoord op en druk vervolgens op de toets [Invoer].

Voor details over de gebruikersnaam en wachtwoord, dient contact op te nemen met uw netwerkbeheerder.

User:
 Password:

3Als u een binair bestand afdrukt, moet u de bestandsmodus instellen op binair.

ftp> bin

Als u een binair bestand afdrukt in ASCII-modus, wordt het bestand mogelijk niet goed afgedrukt.

4Geef de bestanden op die u wilt afdrukken.

Hieronder ziet u twee voorbeelden. Met de eerste opdracht wordt een PostScript 3-bestand met de naam “file 1” in de map “C:\PRINT” afgedrukt en met de tweede opdracht worden bestand 1 en bestand 2 afgedrukt.

ftp> put C:\PRINT\file1 filetype=RPS
 ftp> mput C:\PRINT\file1 C:\PRINT\file2

5Sluit ftp af.

ftp> bye

Opmerking

  • “=”, “,”, “_” en “;” kunnen niet worden gebruikt in bestandsnamen. Bestandsnamen worden gelezen als een optiereeks.

  • Bij de opdracht “mput” kan er geen optie worden ingesteld.

  • Bij de opdracht “mput”, worden “*” en “?” gebruikt als jokertekens in bestandsnamen.

  • Als u een binair bestand afdrukt in ASCII-modus, wordt het bestand mogelijk niet goed afgedrukt.