![]()
Verwijder de printcartridge niet wanneer u de printer verplaatst.
Controleer de onderstaande punten:
De printer is uitgeschakeld met de aan/uit-schakelaar.
De stekker van de stroomkabel is uit het stopcontact gehaald.
De interfacekabel is uit de printer gehaald.
Verwijder lade 2 indien deze is geïnstalleerd.
Til de printer op aan de geïntegreerde handgrepen aan beide zijden van de printer en verplaats het in horizontale richting naar de gewenste plek.

Plaats lade 2 indien u deze hebt verwijderd.
![]()
Houd de printer bij het verplaatsen in een horizontale positie. Ga bij het verplaatsen voorzichtig te werk, zodat geen toner wordt gemorst.