Instell. papierlade
Dit gedeelte beschrijft de gebruikersinstellingen in het menu Instell. papierlade onder Systeeminstellingen.
Standaardinstellingen worden vetgedrukt weergegeven.
Als u een ander papierformaat in de lade plaatst dan u heeft opgegeven, kan er een papierstoring optreden, omdat het papierformaat dan niet correct kan worden vastgesteld.
Papierladeprioriteit: Kopieerapparaat (Kopieerapparaat/Document Server)
Geef de lade op waaruit papier voor uitvoer moet worden geleverd.
De standaardlade is Lade 1.
Wanneer een optionele papierlade-eenheid is geïnstalleerd, worden [Lade 3] en [Lade 4] weergegeven.
Wanneer een optionele bulklade (LCT) is geïnstalleerd, wordt [LCT] weergegeven.
Papierladeprioriteit: Fax (fax)
Geef de lade op waaruit papier voor uitvoer moet worden geleverd.
De standaardlade is Lade 1.
Wanneer een optionele papierlade-eenheid is geïnstalleerd, worden [Lade 3] en [Lade 4] weergegeven.
Wanneer een optionele bulklade (LCT) is geïnstalleerd, wordt [LCT] weergegeven.
Papierladeprioriteit: Printer (printer)
Geef de lade op waaruit papier voor uitvoer moet worden geleverd.
De standaardlade is Lade 1.
Wanneer een optionele papierlade-eenheid is geïnstalleerd, worden [Lade 3] en [Lade 4] weergegeven.
Wanneer een optionele bulklade (LCT) is geïnstalleerd, wordt [LCT] weergegeven.
Lade papierformaat: Lade 1-4
Selecteer het formaat van het papier dat in de papierlade is geplaatst.
[Papierformaat lade: Lade 3] en [Papierformaat lade: Lade 4] worden alleen weergegeven wanneer de optionele papierlade-eenheid is geïnstalleerd.
De papierformaten die u kunt instellen voor lade 1 zijn als volgt:
Autodetectie
A3
, B4 JIS, A4, B5 JIS, A511
17, 81/214, 81/213, 81/211, 81/414, 81/413, 813, 8101/2, 71/4101/2, 51/281/211
14, 8K, 16KA4
, B5 JIS, A581/2
11, 8101/2, 71/4101/216K
Aang. form.
U kunt een aangepast formaat opgeven tussen 140,0 en 197,0 mm (5,52" en 11,69") verticaal, en tussen 182,0 en 432,0 mm (7,17" en 17,00") horizontaal.
De papierformaten die u kunt instellen voor lade 2 zijn als volgt:
Autodetectie
A3
, B4 JIS, A4, B5 JIS, A5, B6 JIS, A611
17, 81/214, 81/213, 81/211, 81/41481/4
13, 813, 8101/2, 71/4101/2, 51/281/2, 41/891/2, 37/871/211
15, 1114, 1015, 1014, C5 Env, C6 Env, DL Env, 100148, 8K, 16KA4
, B5 JIS, A581/2
11, 8101/2, 71/4101/216K
Aang. form.
U kunt een aangepast formaat opgeven tussen 100,0 en 197,0 mm (3,94" en 11,69") verticaal, en tussen 148,0 en 432,0 mm (5,38" en 17,00") horizontaal.
De papierformaten die u kunt instellen voor lade 3 en 4 zijn als volgt:
Autodetectie
A3
, B4 JIS, A4, B5 JIS, A511
17, 81/214, 81/213, 81/211, 81/414, 81/413, 813, 8101/2, 71/4101/2, 51/281/211
14, 8K, 16KA4
, B5 JIS, A581/2
11, 8101/216K
Aang. form.
U kunt een aangepast formaat opgeven tussen 140,0 en 197,0 mm (5,52" en 11,69") verticaal, en tussen 182,0 en 432,0 mm (7,17" en 17,00") horizontaal.
De standaardinstelling voor lade 1-4 is Autodetectie.
De papiergeleider voor de optionele LCT staat ingesteld op papierformaat A4, 81/2"11". Neem contact op met uw technicus als u het papierformaat moet wijzigen.
Papierformaat Printer Handinvoer
Geef het papierformaat op in de handinvoer wanneer u gegevens vanaf de computer afdrukt.
De papierformaten die u in de handinvoer kunt plaatsen, zijn:
Autodetectie
A3
, B4 JIS, A4, B5 JIS, A5, B6 JIS, A611
17, 81/214, 81/213, 81/211, 81/41481/4
13, 813, 8101/2, 810, 71/4101/2, 51/281/2, 41/891/2, 37/871/211
15, 1114, 1015, 1014, C5 Env, C6 Env, DL Env, 100148, 8K, 16KA4
, B5 JIS, A581/2
11, 8101/2, 810, 71/4101/216K
Aang. form.
De standaard instelling is Autodetectie.
U kunt een aangepast formaat opgeven tussen 90,0 en 305,0 mm (3,55" en 12,00") verticaal, en tussen 148,0 en 600,0 mm (5,83" en 23,62") horizontaal.
Papiertype: Handinvoerlade
Stel het display in zodat u kunt zien welk papiertype in de Handinvoer is geplaatst.
De papiersoorten die u in de Handinvoer kunt plaatsen, zijn:
Geen weergave, Gerecycl.pap., Speciaal papier, Gekleurd papier, Briefpapier, Etiketten, OHP(transparant), Dik papier, Dun papier
De standaardinstelling is Geen weergave.
Papiertype: Lade 1-4
Stel het display in zodat u kunt zien welk papiertype in elke papierlade is geplaatst. De informatie wordt door de printer gebruikt om automatisch de lade met het geschikte papier te kiezen.
De papiertypen die u kunt instellen voor lade 1, 2 en 3 zijn als volgt:
Geen weergave, Gerecycl.pap., Speciaal papier, Gekleurd papier, Briefpapier
De papiertypen die u kunt instellen voor lade 2 zijn de volgende:
Geen weergave, Gerecycl.pap., Speciaal papier, Gekleurd papier, Briefpapier, Etiketten, OHP(transparant), Dik papier, Dun papier
De standaardinstelling voor "Papiertype" is Geen weergave.
De standaardinstelling voor "Duplex toepassen" is Ja.
De standaardinstelling voor "Autom. papierselectie Aan" is Ja.
Er verschijnt een merkteken 
naast de papierlade als u [Nee] heeft geselecteerd in "Autopapierselectie".
"Autopapierselectie" kan alleen worden geselecteerd voor de kopieerfunctie als [Geen weergave] en [Gerecycl.pap.] zijn geselecteerd. Als u [Nee] hebt geselecteerd, is automatische papierselectie niet geldig voor de lade.
Voorbladlade
Hiermee kunt u opgeven en weergeven vanuit welke lade u voorbladen invoegt.
Nadat u de papierlade heeft geselecteerd, kunt u ook de weergavetijd en de kopieermethode voor tweezijdige kopieën kiezen.
De standaardinstelling voor "Lade om te programmeren" is Uit.
De functies die de instellingen voor de voorbladlade gebruiken, zijn de voorblad-functie en voor/achterblad-functie.
Wanneer [Modus geselecteerd] is geselecteerd, verschijnen de instellingen voor de voorbladlade alleen wanneer de voorbladfunctie of tussenbladfunctie is geselecteerd.
Wanneer [Altijd] is geselecteerd, wordt de voorbladlade altijd weergegeven.
U kunt Kopieermethode in Duplex alleen instellen wanneer [Modus geselecteerd] is geselecteerd.
Tussenbladlade
Hiermee kunt u opgeven en weergeven vanuit welke lade u tussenbladen invoegt.
Nadat u de papierlade heeft geselecteerd, kunt u ook de weergavetijd en de kopieermethode voor tweezijdige kopieën kiezen.
De standaardinstelling voor "Lade om te programmeren" is Uit.
Wanneer [Modus geselecteerd] is geselecteerd, verschijnen de instellingen voor de tussenbladlade alleen wanneer de voorbladfunctie of tussenbladfunctie is geselecteerd.
