![]() ![]() | ![]() | ||
Gebruik deze functie om met de perforator gaten te maken in de afgedrukte documenten.
![]()
Gebruik de finisheroptie wanneer u met de perforator gaten maakt. Zie de Printerhandleiding.
In de volgende tabel ziet u waar u deze functie kunt selecteren.
Windows |
[Perforeren] wordt weergegeven in het menu [Afwerking] van het dialoogvenster [Afdrukvoorkeuren]. |
Mac OS X |
[Perforeren:] wordt weergegeven onder [Algemeen 3] in de lijst [Eigenschappensets:] bij [Printereigenschappen] in het dialoogvenster Afdrukken. |
![]()
De beschikbare perforatieposities en het aantal gaten is afhankelijk van het finishertype, de richting van de originelen en de richting en formaat van het gebruikte papier. Voor meer informatie, zie de Printerhandleiding.