In dit gedeelte krijgt u een beschrijving van de gebruikersinstellingen onder Printereigensch. in het IPDS menu. Dit menu kan alleen worden gekozen wanneer er een optionele IPDS-eenheid is geïnstalleerd.
Formulier lade
U kunt een IPDS-formulier opgeven voor elke papierlade.
Selecteer het IPDS-formulier dat u eraan wilt toewijzen.
Lade 1, Lade 2, Lade 3, LCT, Handinvoer, Lade tussenvoegeenheid
Alleen geïnstalleerde lades verschijnen op het display.
Emulatiewerkstand
U kunt de emulatiewerkstand opgeven.
De standaardinstelling is [Native].
Afdrukmodus
U kunt de afdrukmodus opgeven.
De standaardinstelling is [Geavanceerd].
Standaard codetabel
U kunt de standaard codetabel opgeven.
37, 38, 260, 273, 274, 276, 277, 278, 280, 281, 284, 285, 286, 287, 288, 290, 297, 420, 423, 424, 500, 870, 871, 875, 880, 892, 893, 905, 1025, 1026, 1140, 1141, 1142, 1143, 1144, 1145, 1146, 1147, 1148, 1149
De standaardinstelling is [37].
Standaard FGID
U kunt de standaard-FGID (Font Typeface Global Identifier) opgeven, die vaststelt wat het standaard lettertype van de printer is.
3, 11, 12, 18, 19, 46, 85, 86, 92, 111, 112, 159, 164, 203, 221, 223, 254, 256, 281, 283, 290, 304, 305, 306, 318, 319, 400, 404, 416, 420, 424, 428, 432, 2304, 2305, 2306, 2307, 2308, 2309, 2310, 2311, 5687, 5707, 5815, 5835, 20224
De standaardinstelling is [416].
Aantal tekens per inch
U kunt het aantal tekens per inch (pitch) instellen voor het standaard lettertype. Geldige waarden zijn 5,0 tot 30,0 in eenheden van een tiende inch.
De standaardwaarde is "10,0" inch.
Controle afdrukbaar gebied
U kunt opgeven of u Controle afdrukbaar gebied al dan niet wilt inschakelen.
De standaardinstelling is [Aan].
Pag
U kunt opgeven hoe de gegevens op de pagina geplaatst worden.
De standaardinstelling is [Geheel].
Rand tot rand
U kunt opgeven of u afdrukken "Rand tot rand" wilt inschakelen of niet.
De standaardinstelling is [Uit].
Lettertypevervanging
U kunt opgeven of u Lettertypevervanging al dan niet wenst in te schakelen.
De standaardinstelling is [Uit].
Cache
U kunt opgeven of wel of niet een cache moet worden toegepast voor herhaalde overlays.
De standaardinstelling is [Uit].
Lettertype bewaren
U kunt selecteren of u Lettertype bewaren wenst in of uit te schakelen.
De standaardinstelling is [Aan].
Resolutie
U kunt de resolutie opgeven die aan de host wordt gerapporteerd in de opdracht "IPDS XOAOPC" voor
met een raster-gecodeerde lettertypes en IM1-beeldondersteuning.
De standaardinstelling is [300 dpi].
Grafische tekenreeks
U kunt de verwerkingsmethode van de grafische tekenreeks (bepalen van de grafische tekengrootte) opgeven.
De standaardinstelling is [Automatisch].
Streepjescode
U kunt het protocol van het streepjescodeniveau opgeven.
De standaardinstelling is [Automatisch].
Kader tekenen
U kunt de verwerking van Kader tekenen opgeven.
De standaardinstelling is [Uit].
Color Simulation (Kleursimulatie)
U kunt aangeven hoe de kleurspecificatieregelaars verwerkt worden op een zwart-wit printer.
De standaardinstelling is [Fidelity].
Text Color Simulation (Tekstkleursimulatie)
U kunt aangeven hoe de tekstkleurspecificatieregelaars verwerkt worden op een zwart-wit laserprinter.
De standaardinstelling is [Aan].
Verwijder NACKS nietjestellers
NACKS worden gebruikt om fouten aan te geven. U kunt selecteren of de gebruiker wel of niet bericht moet krijgen als er zich een nietfout voordoet.
De standaardinstelling is [Uit].
Verwijder perforator NACKS
U kunt selecteren of de gebruiker wel of niet bericht moet krijgen als er een perforatiefout voorkomt.
De standaardinstelling is [Uit].
Lade in kaart brengen
U kunt de mediabron (invoerlade) in kaart brengen voor een ID die de host gebruikt voor de mediabron. Alleen geïnstalleerde lades verschijnen op het display.
De standaardinstelling is [Automatisch].
Hoek nietpositie
U kunt [Verticaal] of [Cursief] selecteren voor de niethoek.
De standaardinstelling is [Verticaal].
Offset
U kunt opgeven of de uitvoer wel of niet offset is (gejogged). Dit menu kan alleen gekozen worden wanneer de uitvoerlade de staffelfunctie heeft.
De standaardinstelling is [Aan].
Standaard perforeerpatroon
U kunt het standaard aantal gaten opgeven wanneer de perforeereenheid daarvoor een selectiemogelijkheid biedt (bijvoorbeeld twee of vier gaten). Dit menu kan alleen worden gekozen wanneer een optionele perforeereenheid is geïnstalleerd.
De standaardinstelling is de volgende:
Wanneer de perforeereenheid van het type 2/3 gaten geïnstalleerd is: 3 gaten
Wanneer de perforeereenheid van het type 2/4 gaten geïnstalleerd is: 4 gaten