![]() ![]() | ![]() | ||
In dit onderdeel wordt beschreven hoe u toner kunt toevoegen en kunt bewaren.
![]()
|
![]()
|
![]()
|
![]()
|
![]()
|
![]()
|
![]()
|
![]()
Vul altijd toner bij wanneer de instructie hiertoe op het apparaat wordt weergegeven.
Als u andere toner gebruikt dan van het aanbevolen type, kunnen storingen optreden.
Zet de bedieningsschakelaar niet uit wanneer u toner bijvult. De instellingen gaan dan verloren.
Installeer en verwijder tonerflessen niet herhaaldelijk. Hierdoor kan de toner gaan lekken.
Schud niet met de verwijderde tonerflese. Er zouden restjes toner kunnen rondspatten.
Gebruik geen gerecyclede toner. Dit kan het apparaat beschadigen.
Bewaar tonercontainers op een koele, droge plek uit de buurt van direct zonlicht.
Bewaar de toner op een vlak oppervlak.
![]()
Als het bericht "
Controleer vervanging tonercartridge(s)." wordt weergegeven, is de toner bijna op. Zorg dat u een vervangende tonercartridge bij de hand hebt.
U kunt de naam van de benodigde toner en de procedure voor het vervangen van de toner nalezen via het scherm "
Toner bijvullen.".
Druk op [Systeemstatus] voor het nummer van het contact waar u benodigdheden kunt bestellen. Zie Problemen oplossen.
U kunt nog steeds ongeveer 1.000 kopieën maken nadat
verschenen is, maar vervang de toner vroegtijdig om kopieën van slechte kwaliteit te vermijden.