Hoe het werkt
Nadat het origineel is gescand, worden de gegevens opgeslagen op de harde schijf van het hoofdapparaat. Zodra het hoofdapparaat begint met kopiëren, worden de gegevens overgedragen naar de harde schijf van het subapparaat, waarna het subapparaat begint met kopiëren.
In deze handleiding worden de twee apparaten die met elkaar zijn verbonden aangeduid als het hoofdapparaat en het subapparaat.
Hoofdapparaat
Subapparaat
Het hoofdapparaat is het apparaat waarop u op [Connect copy] moet drukken om de instellingen voor Connect copy vast te leggen. Het andere apparaat wordt het subapparaat. U kunt de relatie hoofdapparaat/subapparaat pas wijzigen nadat Connect copy is geannuleerd.
Gebruik de verbindingskabel niet met andere apparatuur.
Schakel altijd de voeding uit van het hoofd- en subapparaat voordat u de kabel losmaakt. Anders kan het ertoe leiden dat de twee apparaten niet goed functioneren.
U kunt in een programma opslaan of u Connect copy wilt gebruiken.
Selecteer de papierlade met het hoofdapparaat.
Wanneer u op [Connect Copy] drukt, worden alleen de papierladen getoond die de twee apparaten gemeen hebben. De andere papierladen worden vaag getoond en kunnen niet worden geselecteerd.
Als twee of meer laden het gewenste papierformaat bevatten, zal de papierlade worden geselecteerd op basis van de prioriteitsinstellingen voor de Papierlade die op de betreffende apparaten zijn gemaakt. Zie de "Handleiding Netwerk- en Systeeminstellingen" voor meer informatie hierover.
Indien het subapparaat een papierlade heeft waarin papier van hetzelfde formaat, maar met een andere richting ligt, schakelt het subapparaat - zodra het papier in de gebruikte lade op is - automatisch over naar de lade met papier van hetzelfde formaat en worden de afdrukken gedraaid om kopieën te kunnen maken. (Wanneer Automatische ladewisseling is ingesteld op Met beeldrotatie).
Wanneer u op de toets [Instellingen verwijderen] drukt op het hoofdapparaat, terwijl u bezig bent met het maken van instellingen, dan zal Connect copy worden geannuleerd.
Zelfs als het subapparaat in de Energie besparen modus staat, kan het hoofdapparaat nog steeds verbinding maken om kopieën te maken.
Wanneer een onderbroken taak op het sub-apparaat is voltooid, drukt u op de toets [Onderbreken].
Connect copy-taken worden getoond op de takenlijst van het subapparaat. Ze kunnen echter niet worden verwijderd vanaf het subapparaat.
In Connect copy, volgen beide apparaten de instellingen van het hoofdapparaat voor gebruikersverificatie.
U kunt het aantal kopieën niet per apparaat beheren. Het aantal kopieën wordt getoond als het totaal van de twee apparaten, en wordt bijgehouden op het hoofdapparaat.
Zelfs wanneer gebruikerscodes zijn ingesteld en u voert een gebruikerscode in voordat u het subapparaat gebruikt, kunt u het aantal kopieën gemaakt op het subapparaat niet beheren.
Als gebruikerscodes alleen op het subapparaat zijn ingesteld, dan hoeft u geen gebruikerscode in te voeren om het subapparaat te gebruiken voor Connect copy. In dit geval kunt u het aantal kopieën niet per gebruiker beheren.
