Algemene functies

U kunt tekstconstructies registreren die u vaak gebruikt bij het opgeven van instellingen, zoals ".com" en "Vriendelijke groet".

U kunt maximaal 40 items invoeren.

• Programmeren/wijzigen

  1. Druk op de toets [Gebruikersinstellingen/Teller].

  2. Selecteer [Systeeminstellingen] met [] of [] en druk vervolgens op de [OK]-toets.

  3. Selecteer [Algemene eigenschappen] met [] of [] en druk vervolgens op de [OK]-toets.

  4. Selecteer [Gbr.tkst Pr./Wz./Vrw.] met [] of [] en druk vervolgens op de [OK]-toets.

  5. Selecteer [Programmeren/Wijzigen] om (zinnen) tekst te programmeren/wijzigen met [] of [] en druk vervolgens op de [OK]-toets.

  6. Selecteer [*Niet Gepogrammeerd] met [] of [] en druk vervolgens op de [OK]-toets.

     Om geprogrammeerde teksconstructies te veranderen, kies de tekstconstructies die u wilt veranderen.

  7. Voer de (zinnen) tekst in die u wilt veranderen en druk vervolgens op de [OK]-toets.

     Voer de gebruikerstekst in met maximaal 80 tekens.

  8. Druk op de toets [Gebruikersinstellingen/Teller].

• Verwijderen

  1. Druk op de toets [Gebruikersinstellingen/Teller].

  2. Selecteer [Systeeminstellingen] met [] of [] en druk vervolgens op de [OK]-toets.

  3. Selecteer [Algemene eigenschappen] met [] of [] en druk vervolgens op de [OK]-toets.

  4. Selecteer [Gbr.tkst Pr./Wz./Vrw.] met [] of [] en druk vervolgens op de [OK]-toets.

  5. Selecteer [Verwijderen] met [] of [] en druk vervolgens op de [OK]-toets.

  6. Selecteer de (zinnen) tekst die u wilt verwijderen met [] of [] en druk vervolgens op de [OK]-toets.

  7. Druk op [Ja].

     Om het verwijderen van (een zin) tekst te annuleren, druk op [NEE].

  8. Druk op de [Escape]-toets.

  9. Druk op de toets [Gebruikersinstellingen/Teller].

Er klinkt een geluidssignaal wanneer u een toets indrukt.

De standaardinstelling is [Aan].

U kunt opgeven dat er een geluidssignaal moet worden gegeven als het apparaat gereed is voor kopiëren nadat de Energiespaarstand wordt uitgeschakeld of het apparaat wordt aangezet.

De standaardinstelling is [Aan].

Als de instelling voor paneelsignaal is ingesteld op [Uit], klinkt er geen geluidssignaal, ongeacht de instelling voor Melding Opwarmen.

U kunt de teller instellen om het aantal gemaakte kopieën weer te geven (optellen) of het aantal kopieën dat nog moet worden gemaakt (aftellen).

De standaardinstelling is [Optellen].

Stel de modus in die moet worden weergegeven nadat de bedieningsschakelaar of de modus Systeemreset is ingeschakeld.

De standaardinstelling is [Kopieerapparaat].

Geeft afdrukprioriteit aan de weergegeven modus.

De standaardinstelling is [Display modus].

Wanneer [Tussenvel] is geselecteerd, wordt de huidige afdruktaak onderbroken na maximaal vijf pagina's.

U kunt instellen hoe lang het duurt voordat het apparaat van modus wisselt als de functie Multi-Access is ingeschakeld.

Dit is handig als u veel kopieën moet maken en iedere kopie een andere instelling heeft. Als u een langere resetperiode instelt, kunt u voorkomen dat het kopiëren door andere functies onderbroken wordt.

De instelling van Timer Functie resetten wordt genegeerd als [Onderbreken] is ingesteld voor Afdrukprioriteit.

De standaardinstelling is [Tijd instellen].

Wanneer u [Tijd instellen] selecteert, voer dan de tijd in (3 - 30 seconden, in stappen van 1 seconde) met behulp van de cijfertoetsen.

De standaard instelling voor Tijd instellen is 3 seconden.

U kunt de helderheid van het display bijstellen.

De standaard helderheidinstelling is "4" (halverwege/medium instelling).

Stel in of de functies van de [], [], [Lichter] en [Donkerder] toetsen wel of niet herhaald moeten worden als de toetsen ingedrukt en vastgehouden worden.

De standaardinstelling is [Normaal].

U kunt de meeteenheid instellen op [mm] en [inch].

De standaardinstelling is [mm].