Gebruik deze functie om het ontvangstresultaat weer te geven.
Druk op de toets [Taakinformatie].
Selecteer [Status RX-bestand] met [] of [] en druk vervolgens op de [OK]-toets.
Controleer de ontvangstresultaten met de [] of de [].
Wanneer een fax of een IP-Fax is ontvangen, wordt het faxnr. van de afzender of de informatie van de Faxkoptekst weergegeven. Wanneer een Internetfax is ontvangen, wordt het e-mailadres van de afzender weergegeven.
Druk tweemaal op de [Escape]-toets.
Het stand-by display wordt weergegeven.
Alleen de ontvangstresultaten van de laatste communicaties worden weergegeven. Voor het maximum aantal communicatieresultaten dat u op dit apparaat kunt controleren, zie "Maximum waarden".
U kunt ontvangen faxdocumenten en hun lijsten bekijken via een Web Image Monitor op een netwerkcomputer. Voor nadere details, zie de Help bij Web Image Monitor.
Wanneer een document wordt ontvangen terwijl u deze functie gebruikt, verschijnt het ontvangstresultaat niet. Om het laatste resultaat te bekijken, sluit u Status RX-bestand af en probeert u het opnieuw.
U kunt één van de gebruikersfunctietoetsen programmeren voor deze functie. Met de gebruikersfunctietoets kunt u stap 1 en 2 overslaan. Voor nadere details over gebruikersfunctietoetsen, zie “Algemene instellingen/Aanpassen”.