Handleidingen
Inhoud
Vorige
Volgende
| | | |
| |||
| |||
| | | |
| HandleidingenInhoudVorigeVolgende | | |
Met de handinvoer kunt u op niet-standaard papier kopiëren.
Gebruik de handinvoer om te kopiëren op OHP-transparanten, dik papier, enveloppen, en papier dat niet in de papierlades kan worden geplaatst.
De Duplexfunctie kan niet uitgevoerd worden via de handinvoerlade. Als [1-zijdig 
2-zijdig] is geselecteerd, dient u deze instelling te annuleren.
Papier dat een verticale lengte van 90 - 216 mm heeft (3,55 - 8,50 inch) en een horizontale lengte van 139 - 600 mm (5,48 - 23,62 inch) kan worden gekopieerd vanuit de handinvoerlade. Echter, wanneer papier dat langer dan 356 mm is (14,02 inch) wordt geplaatst, dan kan het papier kreukelen, wellicht niet ingevoerd worden, of het kan papierstoringen veroorzaken.
Wanneer u op OHP-tranparanten kopieert, papier van 59,9 g/m2 (ongeveer 16 lb.) of minder, of papier van meer dan 90g/m2 (ongeveer 24 lb.), dan moet u het type en het formaat van het papier opgeven onder Papierlade-instellingen in Gebruikersinstellingen. Voor meer informatie over Papierlade-instellingen, zie de Handleiding Netwerk- en Systeeminstellingen.
Het maximale aantal vellen dat u tegelijkertijd kan invoeren, hangt af van het type papier. Plaats niet meer papier dan tussen de papiergeleiders op de handinvoer past.
Trek aan de handinvoer.
Duw de ontgrendelingshendel omhoog.
Ontgrendelingshendel
Stel de papiergeleider in op het papierformaat en voer dan het papier met de afdrukzijde naar beneden in.
Als de geleiders niet tegen het papier aandrukken, kunnen afbeeldingen verdraaid raken of wordt het papier verkeerd ingevoerd.
Horizontale afmeting
Verticale afmeting
Verlengstuk
Papiergeleiders
Duw de ontgrendelingshendel naar beneden.
Ontgrendelingshendel
De handinvoer is geselecteerd op het display.
Selecteer het formaat en type van het papier.
Druk op de [OK]-toets.
Plaats de originelen en druk vervolgens op de toets [Start].
Wanneer de kopieeropdracht is voltooid, drukt u op de toets [Instellingen verwijderen] om de instellingen te wissen.
Sluit de handinvoerlade.
Indien de handinvoer 
niet is geselecteerd op het display in stap 4, selecteer dan met behulp van [
] of [
] en druk vervolgens op de [
]-toets.
Sommige soorten papier kunnen mogelijk niet juist herkend worden wanneer die geplaatst worden in de handinvoer. Wanneer dit gebeurt, dient u het papier eruit te halen en opnieuw in de handinvoer te plaatsen.
Plaats niet meer papier dan tussen de papiergeleiders op de handinvoerlade past. Als u teveel papier in de handinvoer plaatst kan dit resulteren in verkeerde invoer en verwrongen afbeeldingen.
Om A4
, 81/2 × 11 of grotere papierformaten te ondersteunen, trekt u het verlengstuk uit.
Om papierstoringen te voorkomen moet u het papier losschudden voordat u het op de lade plaatst.
Wanneer de functie Sorteren is geselecteerd, druk op de toets [] nadat alle originelen zijn gescand.
Wanneer het Geluid paneeltoetsen is uitgeschakeld, klinkt er geen geluid als u papier in de handinvoer legt. Zie voor meer informatie over Geluid paneeltoetsen, "Systeeminstellingen", Handleiding Netwerk- en Systeeminstellingen.
Afhankelijk van de omgeving waarin het apparaat wordt gebruikt, kunt u soms een ritselend geluid horen van papier dat door het apparaat beweegt. Dit geluid geeft geen storing aan.
De volgende papierformaten kunnen als normale formaten worden geselecteerd:
A4, A5
, B5 JIS, 81/2 × 14, 81/2 × 13, 81/4 × 14, 81/4 × 13, 8 × 13, 81/2 × 11, 71/4 × 101/2, 51/2 × 81/2, 16K, C6 Envelop, C5 Envelop, DL Envelop, 41/8 × 91/2, 37/8 × 71/2
 |
 | Copyright (C) 2009 |
