Dit onderdeel beschrijft de waarschijnlijke oorzaken van en mogelijke oplossingen voor de belangrijkste foutberichten die worden weergegeven op de clientcomputer als u het TWAIN-stuurprogramma gebruikt.
![]()
Als er een bericht verschijnt dat hier niet wordt beschreven, volg dan de instructies van het bericht. Voor informatie over hoe u de hoofdschakelaar moet uitschakelen, zie Over dit apparaat.
Bericht |
Oorzaak |
Oplossing |
|---|---|---|
“Log-in gebruikersnaam, Log-in wachtwoord of Driver coderingstoets is onjuist.” |
De ingevoerde log-in gebruikersnaam, het wachtwoord of de coderingssleutel voor het stuurprogramma was ongeldig. |
|
“Kan papierformaat van het origineel niet detecteren. Scannen wordt geannuleerd.” |
Het geplaatste origineel is niet goed geplaatst. |
|
“Kan scanner niet vinden. Controleer de hoofdstroomschakelaar van de scanner…” |
De hoofdschakelaar van het apparaat staat uit. |
Controleer of het snoer goed in het stopcontact en het apparaat zit. Zet de hoofdschakelaar op 'Aan'. |
“Er is een fout ontstaan op de scanner driver.” |
Er is een fout opgetreden in het stuurprogramma. |
|
“Er is een fout ontstaan op de scanner. Scannen wordt geannuleerd.” |
De in de toepassing opgegeven scanvoorwaarden hebben het instelbereik van het apparaat overschreden. |
Controleer of de scaninstellingen die met de toepassing zijn gemaakt het instelbereik van het apparaat overschrijden. |
“Er is een fatale fout opgetreden in de scanner.” |
Er is een onherstelbare fout opgetreden in het apparaat. |
Er is een onherstelbare fout opgetreden in het apparaat. Neem contact op met uw leverancier. |
“Onvoldoende geheugen. Maak het scangebied kleiner.” |
Scannergeheugen is ontoereikend. |
Het probleem kan het gevolg zijn van de onderstaande reden:
|
“Onvoldoende geheugen. Verklein resolutie, oorspronkelijk formaat, of scangebied.” |
De computer heeft onvoldoende geheugen. |
Verklein de resolutie of het scanformaat. Of probeer nogmaals te scannen nadat u andere applicaties heeft afgesloten. |
“Er is geen Gebruikerscode geregistreerd. Neem contact op met uw systeembeheerder.” |
Toegang is beperkt met gebruikerscodes. |
Neem contact op met de beheerder van het apparaat. |
“Papier is vastgelopen.” |
Er is een papierstoring opgetreden. |
Verwijder vastgelopen originelen en plaats ze opnieuw. Controleer of de originelen geschikt zijn om te worden gescand door het apparaat. |
“Neem contact op met uw servicevertegenwoordiger.” |
Er is een onherstelbare fout opgetreden in het apparaat. |
Neem contact op met uw service vertegenwoordiger. |
“Scanner wordt gebruikt door een ander functie.” |
Een functie van het apparaat (niet de scannerfunctie) wordt gebruikt als de kopieerfunctie. |
|
“Scanner is niet beschikbaar in het gespecificeerde apparaat.” |
De TWAIN-scannerfunctie kan niet worden gebruikt op dit apparaat. |
Neem contact op met uw service vertegenwoordiger. |
“De scanner is niet beschikbaar. Controleer de verbinding van de scanner.” |
De hoofdschakelaar van het apparaat staat uit. |
Zet de hoofdschakelaar op "Aan". |
“De scanner is niet beschikbaar. Controleer de verbinding van de scanner.” |
Het apparaat is niet correct op het netwerk aangesloten. |
|
“Scanner is niet gereed. Controleer de scanner en de opties.” |
De klep van de scanner staat open. |
Controleer of de klep van de scanner gesloten is. |
“Stand-by tijd is bereikt.” |
Er is binnen de aangegeven tijdslimiet geen origineel geplaatst. |
Plaats een origineel binnen de aangegeven tijdslimiet in [Stand-by tijd]. |
“De startpositie van het scangebied komt niet overeen met het origineel.” |
Het deel dat is aangegeven om te worden gescand verschilt van het deel van het origineel dat daadwerkelijk gescand is. |
Controleer de plaats van het origineel. |