![]() ![]() ![]() | ![]() | ![]() | |
![]() | |||
![]() | |||
![]() | ![]() | ![]() | ![]() |
![]() | ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() | ![]() ![]() ![]() |
Voor het installeren van dit printerstuurprogramma heeft u toestemming van de Beheerder nodig. Meld u aan met een account die rechten heeft als Beheerder.
U kunt de printerstuurprogramma's vanaf de meegeleverde cd-rom installeren, of downloaden van de website van de leverancier.
Als uw besturingssysteem Windows NT 4.0 is, moet u het printerstuurprogramma downloaden van de website van de producent. Selecteer deze printer en het systeem dat u gebruikt. Download vervolgens het programma.
Download het PostScript 3-printerstuurprogramma van de website van de leverancier.
Gebruik een zoekterm om de naam van uw model te vinden, download vervolgens het PostScript 3-printerstuurprogramma van de website van de leverancier.
Sla het op waar u het makkelijk kunt bereiken.
[Opgeslagen bestand] is een zelf-uitpakkend bestand. U dient het vooraf uit te pakken. De map [Opgeslagen bestand] wordt later aangemaakt.
Klik op de map [Opgeslagen bestand] en vervolgens op [Disk1].
Dubbelklik op [SETUP.EXE].
De wizard Printer toevoegen start.
Selecteer [Deze Computer], en klik vervolgens op [Volgende >].
Klik op [Poort toevoegen...].
Selecteer [LPR-poort] en klik vervolgens op [Nieuwe poort...].
Voer in het vak [Naam of adres van de server die LPD levert] het IP-adres van de printer in.
Voer "Ip" in het vak [Naam van printer of afdrukrij op deze server:] in en klik vervolgens op [OK].
Klik op [Sluiten] om het dialoogvenster [Printerpoort] te sluiten.
Klik op [Volgende >].
Controleer of de naam is geselecteerd van het apparaat waarvoor u het stuurprogramma wilt installeren en klik vervolgens op [Volgende >].
Wijzig desgewenst de naam van de printer en klik vervolgens op [Volgende >].
Schakel het selectievakje [Ja] in om de printer als standaardprinter te configureren.
Geef aan of u de printer wilt delen en klik vervolgens op [Volgende >].
Geef aan of u een testpagina wilt afdrukken en klik vervolgens op [Voltooien].
De installatie van het printerstuurprogramma start.
Start de computer opnieuw op om de installatie te voltooien.
Na installatie van het printerstuurprogramma kunt u een gebruikerscode instellen. Voor meer informatie over gebruikerscodes, zie het onderdeel Help van het printerstuurprogramma.