![]() ![]() ![]() | ![]() | ![]() | |
![]() | |||
![]() | |||
![]() | ![]() | ![]() | ![]() |
![]() | ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() | ![]() ![]() ![]() |
Voor het installeren van dit printerstuurprogramma heeft u toestemming van de Beheerder nodig. Meld u aan met een account die rechten heeft als Beheerder.
In een IPv6-omgeving kan de standaard TCP/IP-poort niet worden gebruikt. Gebruik de DeskTop Binder-SmartDeviceMonitor-poort.
Sluit alle actieve toepassingen af.
Plaats de cd-rom in het cd-romstation.
Het installatieprogramma start.
Selecteer een interfacetaal en klik vervolgens op [OK].
De standaard interfacetaal is Engels.
Het printerstuurprogramma wordt geïnstalleerd in de geselecteerde taal. Het Engelse printerstuurprogramma wordt geïnstalleerd wanneer één van de volgende talen is geselecteerd: Suomi, Magyar, Cestina, Polski, Portugues, Russian, Catala, Turkce.
Klik op [PostScript 3-printerstuurprogramma].
De wizard Printer toevoegen start.
Klik op [Lokale printer verbonden aan deze printer].
Klik op [Creëer een nieuwe poort:].
Klik op [Standaard TCP/IP-Poort] in [Een nieuwe poort maken] en vervolgens op [Volgende >].
Klik op [Volgende >] in het dialoogvenster [Wizard toevoegen standaard TCP/IP-printerpoort].
Voer in het veld [Printernaam of IP-adres] de naam van de printer of het IP-adres in.
Het tekstveld [Poortnaam] krijgt automatisch een naam. Wijzig deze naam indien nodig.
Als het scherm voor het selecteren van een apparaat verschijnt, selecteert u "RICOH NetworkPrinter Driver C Model".
Klik op [Volgende >].
Klik op [Voltooien] in het dialoogvenster [Wizard toevoegen standaard TCP/IP-printerpoort].
Controleer of de naam is geselecteerd van het apparaat waarvoor u het stuurprogramma wilt installeren en klik vervolgens op [Volgende >].
Wijzig desgewenst de naam van de printer en klik vervolgens op [Volgende >].
Schakel het selectievakje [Ja] in om de printer als standaardprinter te configureren.
Geef aan of u een testpagina wilt afdrukken en klik vervolgens op [Voltooien].
De installatie van het printerstuurprogramma start.
Na installatie van het printerstuurprogramma kunt u een gebruikerscode instellen. Voor meer informatie over gebruikerscodes, zie het onderdeel Help van het printerstuurprogramma.
Auto Run kan mogelijk niet werken met sommige instellingen in het besturingssysteem. In dat geval start u "Setup.exe" in de basisdirectory van de cd-rom.