Papier op de Handinvoer plaatsen

Dit deel bevat instructies voor het plaatsen van papier in de handinvoer.

Voor meer informatie over papierformaat en papiertype, raadpleeg Over dit apparaat.

De papierformaten die op de handinvoer geplaatst kunnen worden zijn 90 305 mm (3.55 12 in.) verticaal, en 148 600 mm (5.83 23.62 in.) horizontaal.
Als papier wordt gebruikt dat langer is dan 600 mm (23,62 in.), dan kan het papier gaan kreukelen, niet in het apparaat gevoerd worden of een papierstoring veroorzaken.
Het apparaat kan de volgende formaten als normaal formaat kopieerpapier waarnemen:
- A3, B4, A4, B5, A5, B6, A6
- 11" 17", 10" 15", 8" 13", 8¹/₂" 11", A5, B6, A6
Als u een ander papierformaat dan hierboven wilt gebruiken moet u het formaat aangeven.
Wanneer u afdrukt via de handinvoer zijn de volgende functies niet mogelijk:
- Duplex/Boekje printen (wanneer de optionele Finisher SR790, Finisher SR3000 of SR3050 is geïnstalleerd)
- Automatische lade selecteren
- Automatisch lade wisselen
- Geroteerd sorteren
- Nieten (als de optionele Finisher SR790, Finisher SR3000 of SR3050 is geïnstalleerd)
- Perforeren (als de optionele Finisher SR3000 en Punch Unit zijn geïnstalleerd)

Afdrukken op papier met een specifieke afdrukrichting

Zorg dat u bij het printen op papier met specifieke eisen voor de afdrukrichting, zoals enveloppen of briefhoofden, het volgende instelt:

Als de papierinvoerrichting is, voert u het papier met de afdrukkant naar beneden in de handinvoer in en plaatst u de onderrand van het papier richting het apparaat.
Als de papierinvoerrichting is, voert u het papier met de adrukkant naar beneden in de handinvoer in en plaatst u de onderrand van het papier naar u toe.

Om af te drukken op papier dat in tegenovergestelde richting geplaatst is ten opzichte van beide correcte posities hierboven, draait u het afdrukbeeld 180 graden met behulp van het printerstuurprogramma. Raadpleeg voor meer informatie de Help-functie van het printerstuurprogramma.

Open de handinvoer.
Ontgrendel de papiergeleider door te drukken op de vrijgavehendel van de papiergeleider.
1. Vrijgavehendel van de papiergeleider
Schuif de papiergeleider uit en plaats papier voorzichtig met de te bedrukken zijde naar beneden in de handinvoerlade totdat u een pieptoon hoort en stel de geleiders in op het formaat van het papier.
Als het papierformaat van de papiergeleider en het papier niet met elkaar in overeenstemming zijn, kan dit leiden tot scheve afdrukken of papierstoringen.
Stapel het papier niet hoger dan de limietaanduiding, anders kunnen er scheve afbeeldingen of papierstoringen ontstaan.
Waaier het papier uit om lucht tussen de vellen te krijgen om te voorkomen dat meerderevellen tegelijk ingevoerd worden.
1. Verlengstuk
2. Papiergeleider
Vergrendel de papiergeleider door de vrijgavehendel van de papiergeleider naar beneden te drukken.
Stel het papierformaat in door middel van het printerstuurprogramma of het bedieningspaneel.

Wanneer u dik papier, dun papier of OHP transparanten laadt, dient u het papierformaat en het papiertype in te stellen.
Het aantal vellen dat in de handinvoer geplaatst kan worden is afhankelijk van het gebruikte papiertype.
Raadpleeg voor het plaatsen van papier met briefhoofd, de Bedieningshandleiding Standaardinstellingen.
Als het geluid van de paneeltoetsen is uitgeschakeld, is geen geluid te horen als u papier in de handinvoer plaatst. Raadpleeg voor meer informatie over paneeltoetsgeluid, de Bedieningshandleiding Standaardinstellingen.
Zie de Help-functie van het printerstuurprogramma voor meer informatie over het instellen van printerstuurprogramma's.

Verwante onderwerpen

Het papierformaat instellen met behulp van het bedieningspaneel
Aangepast papierformaat instellen met behulp van het bedieningspaneel
Dik papier, dun papier of OHP transparanten instellen met behulp van het bedieningspaneel