In dit gedeelte worden de oorzaken en oplossingen uitgelegd voor het geval dat de scanresultaten niet naar verwachting zijn.
Het apparaat begint niet met scannen.
De automatische documentinvoer of de klep ervan is open.
Als de automatische documentinvoer of de klep ervan open is, kunt u er niet mee scannen. Sluit de automatische documentinvoer of de klep ervan.
Het gescande beeld is vies.
De glasplaat, het scanglas of de automatische documentinvoer is vies.
Reinig deze onderdelen. Zie Reinigen
.
Het beeld is vervormd of op de verkeerde plaats.
Het origineel is niet plat op de glasplaat gedrukt.
Verzeker u ervan dat het origineel plat op de glasplaat wordt gedrukt.
Het gescande beeld is ondersteboven.
Het origineel is ondersteboven geplaatst.
Plaats het origineel in de goede richting. Zie Originelen instellen en plaatsen
.
Het scannen levert geen beeld op.
Het origineel is omgekeerd geplaatst.
Als u het origineel direct op de glasplaat plaatst, moet de te scannen kant naar beneden liggen. Als u het origineel via de automatische documentinvoer invoert, moet de te scannen kant naar boven liggen. Zie Originelen instellen en plaatsen
.
De afgedrukte afbeelding wordt gedeeltelijk afgesneden.
Wanneer [Als oorspronkelijk formaat] geselecteerd is in het eigenschappenvenster van de printer voor het afdrukken van een afbeelding die ontvangen is via Scannen naar e-mail of Scannen naar FTP, dan kan het zijn dat het apparaat het formaat van de afbeelding waarneemt als aangepast formaat.
Wanneer dat gebeurt, geeft u het papierformaat op in [Afdrukformaat:] of u schakelt het selectievakje [Automatisch verkleinen tot A4] of [Automatisch verkleinen naar Letter] in het eigenschappenvenster van de printer in.