Koptekst overslaan
Pagina met ondersteuning voor schermlezerStandaard
 

De SmartDeviceMonitor for Client IPP-poort gebruiken

In dit gedeelte wordt beschreven hoe u het printerstuurprogramma (IPP) installeert en de SmartDeviceMonitor for Client-poort instelt.

Voor het gebruiken van de SmartDeviceMonitor for Client-poort moet u SmartDeviceMonitor for Client installeren.

Als u het printerstuurprogramma heeft geïnstalleerd met [Snelinstallatie voor Netwerk], hoeft u deze niet opnieuw te installeren.

Belangrijk

  • Als u de printer driver wilt installeren onder Windows 2000/XP Professional, Windows Server 2003 of Windows NT 4.0, moet uw account beschikken over een machtiging om printers te beheren. Meld u aan als beheerder of als lid van de hoofdgebruikersgroep.

1Start Windows en plaats de meegeleverde cd-rom "Drivers, Manual & Utilities" in het cd-romstation.

2Sluit alle toepassingen die momenteel actief zijn.

3Selecteer een interfacetaal en klik vervolgens op [OK].

De volgende talen zijn beschikbaar:

Dansk (Deens), Deutsch (Duits), English (Engels), Espanol (Spaans), Francais (Frans), Italiano (Italiaans), Nederlands (Nederlands), Norsk (Noors), Portugues (Portugees), Svenska (Zweeds). De standaardtaal is Engels.

4Klik op [RPCS Raster Printer Driver].

Als uw model de GX 3050SFN is, klikt u op [PCL/RPCS Raster Printer Drivers].

5De licentieovereenkomst voor de software wordt weergegeven in het dialoogvenster [<Licentie-overeenkomst>]. Nadat u de overeenkomst heeft gelezen, klikt u op [Ik ga akkoord met de overeenkomst.] en klikt u vervolgens op [Volgende >].

Als uw model de GX 3050SFN is, wordt er een dialoogvenster weergegeven voor het installeren van het printerstuurprogramma. Schakel het selectievakje in van het printerstuurprogramma dat u wilt installeren, klik op [Volgende >], en ga verder met stap 6.

6Dubbelklik op de printernaam om de printerinstellingen weer te geven.

De gegevens die worden weergegeven bij [Opmerking:], [Stuurprogramma:] en [Poort:] verschillen per besturingssysteem, printermodel en poort.

7Klik op [Poort:] en klik vervolgens op [Toevoeg.].

8Klik op [SmartDeviceMonitor] en klik vervolgens op [OK].

9Klik op [IPP].

In het printerselectiegebied worden de IPP-instellingen weergegeven.

10U kunt in het vak [Printer-URL] "http://adres apparaat/ipp.cgi" opgeven als het adres van het apparaat.

11Voer een naam in voor de printer bij [IPP-poortnaam]. Gebruik een andere naam dan de naam van een bestaande poort.

Wanneer u hier geen naam opgeeft, wordt het adres dat u in het dialoogvenster [Printer-URL] heeft opgegeven, gebruikt als naam van de IPP-poort.

12Klik op [Gedetaill. instellingen] om de benodigde instellingen op te geven.

13Klik op [OK].

Het dialoogvenster [Poortconfiguratie] wordt gesloten.

14Controleer of de poort van de geselecteerde printer wordt weergegeven bij [Poort:].

15Klik op [Gedeeld] voor de instellingen voor printerdelen.

Onder Windows NT 4.0, Windows 2000/XP en Windows Server 2003 worden selectievakjes voor alternatieve stuurprogramma's weergegeven. Selecteer het selectievakje voor het stuurprogramma dat u wilt installeren.

16Als u de printer wilt delen, schakelt u het selectievakje [Gedeeld] in.

17Schakel het selectievakje [Standaardprinter] in om de printer als standaardprinter in te stellen.

18Klik op [Doorgaan].

De installatie van de printer driver wordt gestart.

19Klik op [Voltooien] in het dialoogvenster voor het voltooien van de installatie.

Opmerking

  • Nadat u de cd-rom heeft geplaatst, wordt het dialoogvenster "Drivers, Manual & Utilities" weergegeven. Als dat niet het geval is, dubbelklik dan op het pictogram van het cd-romstation in [Deze Computer] of [Explorer] en dubbelklik dan op [Setup.exe].

  • Mogelijk wordt een bericht weergegeven waarin u wordt gevraagd de computer opnieuw te starten. Start de computer opnieuw op om de installatie te voltooien.

  • Wanneer de melding "Digitale handtekening niet gevonden" of het dialoogvenster [Wizard Nieuwe hardware gevonden] of [Hardware-installatie] wordt weergegeven, raadpleegt de Verkorte Installatiehandleiding.

Verwijzing